Jeroen Baars van Rijnders Service pakt problemen bij de bron aan
(Foto: Marcel Cazemier)

Jeroen Baars van Rijnders Service pakt problemen bij de bron aan

Het speelveld van schadeherstelbedrijven verandert snel, zo weet Jeroen Baars als geen ander. Toch probeert de eigenaar van Rijnders Service in deze tijd vooral de waarden van een familiebedrijf hoog te houden.

Wie op de website van schadeherstelbedrijf Rijnders Service kijkt, ziet een afbeelding van een peuter met een tuinslang in zijn hand naast een speelgoedauto. De foto is in 1983 genomen bij de werkplaats van Rijnders Service in het Amersfoortse Leusderkwartier. Het jongetje is Jeroen Baars, de kleinzoon van Andries Baars, toenmalig eigenaar van dit schadeherstelbedrijf. In 1987 nam Ben Baars, de vader van Jeroen, het bedrijf over. Nu, precies veertig jaar later, staat Jeroen Baars (43) zelf aan het hoofd van de onderneming.

Onder zijn leiding groeide het aantal vestigingen van één naar negen en nam het aantal werknemers toe naar zo’n 150. “Schaalvergroting is noodzaak”, vertelt Jeroen Baars. “Het was – en is overigens nog steeds – nooit mijn doel om te groeien. Het is mijn doel om een gezond bedrijf te leiden. En daar is groei voor nodig. Deze branche is zo dynamisch, beweegt voortdurend.”

Er zijn nu voorspellingen die suggereren dat de hoeveelheid schades zal afnemen omdat auto’s steeds veiliger worden. Ben jij bang voor dat scenario?

Jeroen Baars: “Nee. Ik zit nu twintig jaar in dit vak en in die tijd zijn drastische voorspellingen nooit uitgekomen. Een voorbeeld. Zo’n vijftien jaar geleden werden de nieuwste auto’s uitgerust met parkeersensoren. Toen voorspelde de markt dat deze assistentie in veel minder bumperschade zou resulteren. Niets bleek minder waar. We hebben nog nooit zoveel kapotte bumpers gezien als in de daaropvolgende jaren. Ik zie een parallel met de nu opkomende veiligheidssystemen. Wij noteren de laatste tijd misschien minder doorgangen, maar we draaien een hogere omzet. Dat komt doordat er een andere mix van schades binnenkomt. Het gemiddelde bedrag ligt zo’n 35 tot 40 procent hoger dan drie jaar geleden.”

Resulteert dat ook in een gezonder bedrijf?

“Niet per se. Kijk, wij zijn een urenfabriek. Ons verdienmodel zit in de verkoop van uren. We zien nu dat het aandeel directe uren niet evenredig stijgt met het aandeel indirecte uren, dus de tijd die niet declarabel is. Dat gaat veel sneller. Dat heeft verschillende oorzaken. Zo is er door de toenemende complexiteit meer voorbereiding en onderzoek nodig om tot een juist reparatieplan te komen. Het volgen en borgen van het reparatieplan vergt ook meer leeswerk en vastlegging binnen het herstelproces. En fabrikantvoorschriften zorgen voor meer vervanging van onderdelen tegen flatrate-tijden die in de praktijk lastig te behalen zijn. Verder is er een stijgende administratieve last op de recepties en een toenemende druk vanwege audits en controles. Meer omzet resulteert dus niet vanzelfsprekend in een gezonder bedrijf.”

Jullie werken vooral voor verzekeraars en leasemaatschappijen. In hoeverre zijn zij zich hiervan bewust?

“Dat is een punt van aandacht. Wij nodigen opdrachtgevers daarom regelmatig uit. Je hoort dan eigenlijk altijd dat ze niet verwacht hadden dat er zoveel bij schade komt kijken. Dat is voor mij een bevestiging dat het goed is om ze uit te nodigen. Zo willen wij zorgen dat ze gevoel krijgen bij de dynamiek in een schadebedrijf. Een voorbeeld: als een auto hier langer staat, betekent dat niet automatisch een tekort aan capaciteit. Dat kan ook komen omdat we de onderdelen nog niet hebben of omdat we wachten op de expertisedienst. Er zijn veel facetten waar wij mee te maken hebben. Daar nemen we onze opdrachtgevers graag in mee. Uiteindelijk moeten we het samen doen.”

De ontwikkelingen in de branche gaan Jeroen Baars aan het hart. Hij is er nauw bij betrokken, niet alleen als eigenaar van Rijnders, maar ook als bestuurder van Schadenet en als lid van het afdelingsbestuur van Bovag, nadat hij eerst bestuurslid van Focwa was. Die fusie was ‘een no-brainer’ volgens Baars. “Het is logisch dat die partijen bij elkaar zijn gekomen, de vijver was te klein voor twee partijen.”

Schadenet, Bovag, voorheen Focwa: waarom neem je deze extra bestuursfuncties aan?

Jeroen Baars: “Ik kan langs de zijlijn mopperen, maar liever pak ik problemen bij de bron aan.”

Lees het volledige interview met Jeroen Baars op de site van Automotive Werkplaats.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.