Een tussenpersoon moet aan een wagenparkbeheerder ruim 43 duizend euro vergoeden. Dit is het verschil tussen het premiebedrag van de verzekering die de tussenpersoon aanbood en het alternatief dat de fleetmanager zelf vond.

Dat oordeelt de Rechtbank Midden-Nederland. Nadat een verzekeraar de polis van de wagenparkbeheerder per 2018 beëindigde, zocht de tussenpersoon naar een nieuwe en kwam daarbij met een stuk duurdere polis: 93 duizend in plaats van 46 duizend euro per jaar die in 2017 bij de vorige verzekeraar was betaald. Het jaar daarop kwam de assuradeur opnieuw met een vergelijking voor 2019, waarin het beste aanbod een premie van 88 duizend euro besloeg. De wagenparkbeheerder was zelf echter ook op zoek gegaan en kreeg een offerte van ruim 48 duizend euro. Hij vond dat de tussenpersoon aansprakelijk was voor het forse verschil en de rechtbank stelde hem in het gelijk, zo meldt Automotive Online op basis van het rechtbankverslag.